Deze maand verscheen mijn nieuwe roman JEVGENI, het 2de deel van de trilogie HET VLOEKHOUT, bij De Bezige Bij.
U kunt hier de eerste pagina lezen:
Men moet niet tot oude ondeugd vervallen, maar’, zegt vader Jevgeni met een vette knipoog, ‘de boog kan ook niet steeds gespannen zijn.’
Wij schrijven het dertienhonderdnegentigste jaar na de geboorte van Onze-Lieve-Heertje daarboven, op Lichtmis, bij de start van de sprokkelmaand, de maand van boete en bevroren slijk.
Bogomil, zijn medebroeder, loost onophoudelijk zuchten.
Ze kloppen op de Spitaalpoort aan de rand van de grootste stad van de Nederlanden, Ganda. De stadswacht, die knobbels op zijn kale schedel heeft, bekijkt hen van top
tot teen en leest de vrijgeleide die ze van de abt van Ehinham hebben meegekregen.
‘Gasten en vis blijven maar drie dagen fris’, moppert hij.
Hij zet de poort zo weinig open dat Jevgeni er met zijn tweehonderdtwintig pond nauwelijks door kan. Vóór hen rijst het puntdak van de Sint-Baafsabdij op.
‘Naar het schijnt’, zegt Jevgeni, ‘kent men hier een woord voor wat ik nu dolgraag zou willen doen: lichtmisserij…’
‘Dat verbied ik,’ zegt Bogomil, ‘het is tijd voor gebed en bezinning. Men verwacht ons voor onze retraite.’
‘Natuurlijk, maar de avond is jong, en als de nacht straks valt moeten wij een kaars aansteken, en die kaars – dat weet jij net zo goed als ik – is het teken van Zijn vuur.’ Hij sluit zijn ogen en peutert met zijn vingers tussen zijn tanden.
‘Zorg dat de vlam niet uitgaat, nooit! Blus de geest niet uit, zoals Paulus zegt in zijn eerste brief aan de Tessalonicenzen. Als de vlam dooft… O wee!’ Hij spuugt. ‘Bovendien heb jij mij niks te verbieden! Ech, volg me!’
Bogomil knijpt in Jevgeni’s hand, trekt aan diens baard en klampt zich vast aan diens mouw, maar hij valt met een smak neer.
‘Bij het teenkootje van de Verrezene,’ bidt hij, ‘hebben we niet al genoeg ellende gekend?’
Te laat. Jevgeni trekt zijn smerige habijt op en loopt de stad in, over het galgenveld, waar twee opgeknoopte dieven hangen te bengelen, langs de pakhuizen en de graanschuren, door de stegen vol lichtekooien.
Bogomil volgt hem als zijn schaduw.
Zie ook: www.johandeboose.eu
woensdag 19 maart 2014
Abonneren op:
Posts (Atom)
Website van Johan de Boose
Over mij
- Johan de Boose
- Belgium
- auteur van fictie, non-fictie, poëzie en toneel. Recentste publicaties: -De historische roman BLOEDGETUIGEN (de Bezige Bij), inmiddels aan een 3de druk toe, genomineerd voor de Gouden Boekenuil en bekroond met de Cutting Edge Award en de Halewijnprijs. -Gaius (1ste deel van trilogie Het Vloekhout) (De Bezige Bij) -Jevgeni (2de deel van trilogie Het Vloekhout) (De Bezige Bij) -Oktober (liefdesroman ten tijde van de Russische Revolutie) (Lannoo) -Het vloekhout, roman (De Bezige Bij) -Dondersteen (De Bezige Bij) -MOMENTEEL bezig aan "Joegoslavië, een geschiedenis" (publicatie in 2025 bij De Bezige Bij)